maandag 24 juni 2024

Zondag 23 juni – dag 16: Cotignac

Je hebt van die plekken, daar praten mensen niet met woorden maar stroomt er vloeibaar goud uit de mond. Althans, zo lijkt het. Nadat we vanmorgen wat gezocht hadden naar een manier om uit de zon te blijven, strikte orders van de dermatoloog, en die gevonden hadden door de voordeur van de tent uit te spannen in plaats van een zijdeur, stapten we in de auto voor een bezoekje aan Cotignac. Nu kun je daar vanaf de camping naar toe lopen, het is maar een kilometer of twee, maar wel met een hoogteverschil van een paar honderd meter. En je moet ook weer terug. Daar hadden we geen trek in met 28°. We pakten dus de auto, die we op een mooi plekje in de schaduw konden parkeren. We waren zo in het centrum, ook niet zo moeilijk want het is een klein durp, op z’n Gronings gezegd (weet ik trouwens helemaal niet zeker, misschien is het wel Drents, of bestaat het helemaal niet, maar ik vond het wel leuk klinken). Het eerste wat opviel: het grote aantal auto’s uit Luxemburg. Het tweede: het grote aantal Porsches, BMW’s, Alfa Romeo’s en nog zo wat dure automerken. Die kwamen overigens niet alleen uit Luxemburg, maar ook uit België en Duitsland.

We liepen een leuk klein winkeltje binnen, met allemaal lekkernijen uit de regio. De merguez grijnsten ons toe, en we kochten het laatste pakje dat er nog lag. Samen met twee kleine verse geitenkaasjes hadden we zo al de helft van ons avondmaal te pakken. Alleen, het was zoals gezegd erg warm, en om die worstjes nu in de zon al voor te laten garen leek ons geen goed idee. We vroegen dus of we het even mochten laten liggen tot we naar huis zouden gaan; geen probleem. Mooi, goed geregeld. Verderop in de straten stonden de terrassen breed opgesteld, en een snelle blik op de krijtborden die om aandacht schreeuwden leerde ons dat de prijzen hier behoorlijk aan de bovenkant van het normale prijsniveau lagen. Aangepast aan het gemiddelde jaarinkomen van de autobezitters. Maar ja, wat wil je ook, het aanwezige publiek keek waarschijnlijk niet op een eurootje meer of minder. Wij, nog van de generatie dat je altijd moet kijken of het goedkoper kan en of je wel waar voor je geld krijgt, liepen maar snel door. Na een klein uurtje moesten we terug omdat de winkelmeneer ging sluiten, en dan zouden we onze merguez op de buik kunnen schrijven. Net voor we ze ophaalden zagen we aan de overkant van het plein een boucherie/charcuterie. Zouden ze daar nog wat extra merguez hebben voor ons? Ja hoor, en ook nog een lekker lokaal product dat leek op salami maar de vorm had van een klein Edammer kaasje. Net op tijd haalden we de andere boodschappen op, en voor een betaalbaar bakje koffie én twee baguettes vervoegden we ons bij de plaatselijke bakker. De koffie kwam in kartonnen bekertjes maar smaakte prima.

Terug bij de tent lunchten we met brood en de Edammer salami. Die was zo keihard dat we er bijna een bijl voor nodig hadden om hem aan te snijden, maar hij smaakte uitstekend. Dat vonden die mieren ook, die niet wisten hoe gauw ze zich moesten melden toen er een stukje op de grond gevallen was. Een hele troep verzamelde zich op de grond, om een ieniemienie stukje salami van 2² mm aan te vallen. Na de lunch schreef ik aan mijn blog en Bert dook in zijn boek (De wereld op zijn kop, van Benjamin Moser. Hij heeft het inmiddels uit.). Tegen de avond bakten we de merguez van de slager, de anderen lieten we liggen voor morgen. Met de tomaatjes die we nog hadden uit Italië maakten we een salade en kwamen tot de conclusie dat we eindelijk weer wisten hoe tomaten eigenlijk smaken. Na het eten, bij een bak koffie, keken we uit op een dieprode avondlucht. Wat een plek. Nu alleen nog even weten hoe dat moet, goud uit je mond laten vloeien.

Platanen en oleanders, je struikelt er bijna over

In de klif van tufsteen, waartegen Cotignac gebouwd is,
werden in de prehistorie al huizen gebouwd.
Nog steeds wonen er mensen in deze grotwoningen,
al zijn ze wel wat aangepast aan de tijd. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Leuk als jullie hier een reactie achterlaten!